Poelstra Bijl
Item
- Title
- Identifier
- Date
- Creator
- Contributor
- Is Part Of
- Subject
- Has Part
- Spatial Coverage
- Rights
- annotates
-
Poelstra Bijl
-
diu-hpf-Poelstra-Bijl
-
1970
-
kuijper
-
kuijper
-
Holland popfestival, Festival Rotterdam, Kralingse bos, Bezoeker, Publiek
-
plaszoom
-
Dit beeld is beschikbaar onder Creative Commons licensie CC BY-NC-ND 4.0
-
‘Ik voelde dat ik iets belangrijks had gemist’
Conny Poelstra-Bijl miste het Holland Pop Festival in 1970. In haar toenmalige milieu lag dat festival ‘achter de horizon’. Toch liet de muziek van het festival haar niet los, zo vertelt ze nu.
“Ik was zeventien en groeide op in het zeer christelijke en geïsoleerd gelegen Pernis, waar iedereen elkaar kende. Het juk van de jaren vijftig was in de jaren zestig nog niet afgeworpen in mijn gereformeerde gezin. Mijn vader was een bekend figuur want hij schreef voor verschillende kranten, was voorzitter van de muziek- en de voetbalvereniging en hij was ambtenaar militaire zaken. Dat laatste betekende dat er veel mensen bij ons over de vloer kwamen voor vrijstelling van dienstplicht. Daarvoor moest je eigenlijk naar de Coolsingel in het zondige Rotterdam, maar het kon ook bij ons aan de keukentafel. Als dochter van deze vader mocht ik absoluut niet buiten de pot pissen in een tijd waarin er sowieso weinig ruimte voor frivoliteiten was. Op mijn school hadden we niet eens een musical terwijl ik zo van muziek hield.”
‘Ik had de bands graag zien spelen’
“Gelukkig kon ik met vriendinnen wel terecht in kerkcentra in Hoogvliet en Spijkenisse. Dat was niet voor een dienst maar om bands als Shocking Blue en Earth & Fire te zien spelen. Deze uitjes gaven me weer wat lucht, alleen was er altijd die vermaledijde laatste bus van elf uur die we moesten hebben. Het was ergens in die tijd dat ik van het festival in Kralingen hoorde, ik denk dat ik hierover las in Popfoto, een muziekblad dat in die tijd een venster op een andere wereld was voor mij. Ach, de bands die op Holland Pop speelden had ik zo graag zien spelen, maar er was simpelweg geen sprake van dat ik daar naartoe mocht. De gedachte om te vragen of ik deze muzikale bedevaart aan mocht gaan kwam niet eens in me op. Normaliter kwam ik alleen in Rotterdam onder begeleiding van mijn ouders; naar de bioscoop voor een tekenfilm en daarna een kroket bij de V&D was het summum. Holland Pop lag achter een horizon waar ik niet eens naar durfde te kijken.”
‘Onverschillig zijn was ons devies’
“Ik was oorspronkelijk een blues-liefhebber. Je had ook mensen die van soul hielden, maar dat vonden we maar simpele zielen met hun wijde pijpen en hoge zolen. Een strakke corduroybroek en zo onverschillig mogelijk zijn was ons devies. Toen we later met hippies in contact kwamen, maakte dat indruk. Veel blues-liefhebbers werden later hippie, want dat was de beweging waar je bij wilde horen. Mijn toenmalige vriend voldeed qua uiterlijk zeker aan de mode van die beweging. Ik zal nooit de blik van mijn moeder vergeten toen hij met zijn lange haar en volle baard de bus uitstapte. ‘Daar komt de here Jezus’ sprak ze verschrikt en dat was geen compliment. Toch zijn mijn ouders van gedachte veranderd. Later begreep ik dat mijn vader de kaart van mijn vriend had gelicht uit de gemeentelijke administratie. Hij bleek gedoopt in de hervormde kerk en zijn vader was leraar, dat waren goede papieren. Daarna had ik de zege van mijn ouders om te trouwen, we zijn uiteindelijk vijftien jaar samen geweest. Achteraf gezien ging het misschien allemaal wel snel.”
‘Misschien had het me moed gegeven’
“Het woord van Holland Pop gonsde destijds in mijn omgeving. Veel mensen spraken erover, maar bijna niemand was er echt geweest. De neef van een vriendin van me was over het hek geklommen en praatte honderduit. Ik voelde dat ik iets belangrijks had gemist en dat besef zou met de jaren groeien. Aanvankelijk had ik nog hoop dat er elk jaar zo’n festival in het bos zou komen, maar het grasveld bleek zo beschadigd dat er al snel werd besloten dat er nooit meer zoiets plaats kon vinden.”
“Ik herinner me nog beelden van meisjes die naakt in de Kralingse Plas zwommen. Als ik erbij was geweest, dan had ik dat ook gedaan. Dat had voor mij niets met seks te maken, maar eerder met één zijn met de natuur. Ik vraag me weleens af hoe mijn leven eruit had gezien als ik wel aan de vrijheid had geroken in Kralingen. Misschien had het me de moed gegeven om de dingen anders te doen. Om uit huis te gaan zonder te trouwen, mijn vleugels uit te slaan en maar te zien waar het leven me brengen zou.”
“Nu ik wat meer thuiszit vanwege de coronacrisis, luister ik vaak naar muziek op mijn I-pad. Als ik dan Pink Floyd opzet en mijn ogen sluit, waan ik me op het festival en dobber ik rond in de Kralingse Plas. Daarna zet ik Shakira op of Robby Williams, dat is ook mooi. Je moet niet te lang blijven hangen.”
Door Marc Kuijper
- Item sets
Comments
No comment yet! Be the first to add one!